Voor het lectoraat Journalistiek & Communicatie aan de Christelijke Hogeschool Ede schreef ik een essay over betrokkenheid en onderzoeksjournalistiek. Het verschijnt in de bundel Betrokken journalistiek (onder redactie van Johan Snel). Centraal staat de vraag hoe onderzoeksjournalisten betrokken (kunnen) zijn wanneer zij een ‘zware gemeenschap’ als de Rooms-Katholieke Kerk of de Biblebelt onderzoeken.
Hieronder het eerste deel van het essay.
De waarheid maakt vrij. Over betrokken onderzoeksjournalistiek
Het waren wereldschokkende onthullingen. Begin 2002 legde het onderzoeksteam van de Boston Globe bloot, hoe de katholieke geestelijkheid van Boston zich op grote schaal schuldig maakte aan seksueel misbruik. Maandenlang verdiepten de onderzoeksjournalisten van Spotlight zich in (kerkelijke) dossiers en persoonlijke getuigenissen.
Wat ze vonden, oversteeg alle voorstellingen. ‘Even though I was aware that sexual abuse in the church was a problem,’ herinnerde onderzoeksjournalist Michael Rezendes zich, ‘I never, ever for one second thought that we would discover what we ultimately did discover’.
Het resultaat was een serie verhalen over seksueel wangedrag van tientallen priesters en de cover-ups van hun bisschoppen. De publicaties groeiden uit tot een internationaal schandaal. Kardinaal Bernard Francis Law trad af, 150 priesters kwamen voor de rechter, meer dan vijfhonderd slachtoffers hadden hun verhaal gedaan. De giften van katholieke kerkgangers daalden met vijftig procent. Mede door de verfilming in Spotlight (2015) spreekt hun werk nog steeds sterk tot de verbeelding. Over impact gesproken.
Er was moed voor nodig om de stap naar publicatie te zetten, vertelde Rezendes. Boston was de grootste katholieke stad van de Verenigde Staten, de krant liep het risico lezers van zich te vervreemden. De leden van het Spotlight-team waren zelf ook afkomstig uit de stad en katholiek opgevoed. De moeder van Sacha Pfeiffer was ten tijde van de publicaties een vrome katholiek, die met diep ontzag opkeek naar priesters en bisschoppen. Haar dochter ontmaskerde in de krant diezelfde geestelijken.
De Spotlight-journalisten waren op veel manieren betrokken bij hun onthullingen. Ook al hadden zijzelf afscheid genomen van de katholieke kerk, zij bleven daarmee verbonden via familierelaties. De trieste verhalen van de slachtoffers en de schokkende omgang van de kerk daarmee raakten de onderzoeksjournalisten diep. ‘I think in this case this was not a story where there were high fives, because the subject matter was so grim and so gruesome and so disconcerting, so depressing’, aldus onderzoeksjournalist Walter Robinson.
Het motiveerde hen om tot het uiterste te gaan en de macht van de kerk te trotseren.
(…)
Journalisten weten als geen ander dat schrijven over (misstanden in) deze groepen ingewikkeld is. Zware gemeenschappen zijn namelijk sterk betrokken op de eigen groep. Kritiek wordt vaak opgevat als een frontale aanval op het bestaan van de groep als geheel. Voor de groepsleden staat namelijk niet alleen het voortbestaan van de eigen gemeenschap, maar daarmee ook hun eigen identiteit op het spel. Vele katholieken in Boston zagen de Spotlight-publicaties bijvoorbeeld als een antikatholieke samenzwering.
Betrokkenheid op een bepaalde zware gemeenschap komt veel voor in de onderzoeksjournalistiek. Een blik op de projecten die het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten in de afgelopen jaren steunde, laat een keur aan onderwerpen zien waarbij de onderzoeker met huid en haar was verbonden aan het onderzoeksonderwerp. Ook lokale onderzoeksjournalistiek kent een vergelijkbare betrokkenheid op een dorpsgemeenschap.
Reflectie op die betrokkenheid ontbreekt echter. Dit essay doet een eerste verkenning.